baslooptnaarrome.reismee.nl

Dag 51 - Borgofranco d'Ivrea

Via Francigena – 1 juni 2016

Blog 8

Saint Maurice – Borgofranco d’Ivrea

1118/1913 km

Ik ben in Italië! Zaterdagochtend ben ik in de sneeuw de grens gepasseerd, via de Grote Sint-Bernhardpas! Ik ben heel blij dat ik er ben. Het is even overschakelen van het Frans naar het Italiaans, maar dat komt vanzelf. De Via Francigena is hier goed aangegeven, en je voelt je hier als pelgrim minder vreemd dan in Frankrijk en Zwitserland. Het is een lange vandaag, veel leesplezier!

Dinsdag 24 mei

De weg van Saint-Maurice naar Martigny was weer heel mooi. De zon scheen en de Alpen lagen in de verte op me te wachten. Ik was al mooi op tijd in Martigny, een sjiek, mooi, schoon en geordend Zwitsers stadje. Die nacht was mijn laatste nacht op de camping. Ik wilde van het gewicht af, en daarnaast zijn er in Italië genoeg overnachtingsplaatsen voor weinig geld. Karen en Julien waren ook op de camping. Ik heb die avond studiewerk afgemaakt en na een pizza ging ik voldaan naar bed.

Woensdag 25 mei

De tocht van die dag ging naar Orsières, op papier slechts 18 km. Het zou helaas een pechdag worden. Bij de ingang van een bospad zat een groepje mensen te picknicken in een overdekt huisje. Ik liep op mijn gemak langs het huisje, toen er plotseling een stuk of 5 honden tevoorschijn kwamen die om me heen renden en blaften. ‘Ze doen niks hoor!’ zei de eigenaresse. Helaas toch wel: eentje beet me in mijn been. Gelukkig was het een klein hondje en dus slechts een kleine beet, maar het bloedde en ik was flink geschrokken. Toch maar gewoon door, het bos in. Op een gegeven moment raakte ik het pad kwijt. Waar ik was leek een pad te zijn, maar dit hield al snel op. Toen ik op mijn telefoon wilde kijken liet ik hem vallen, en hij rolde de steile berghelling af! Dat ook nog. Ik klauterde naar beneden om hem te halen en gelukkig deed hij het nog prima. Toen moest ik weer omhoog. Ik greep een steen vast om me omhoog te trekken, maar deze liet los en rolde naar beneden tegen mijn rechterbeen. Het bloedde flink. De hondenbeet was in mijn linkerbeen, dus beide benen waren nu gehavend. Ik heb zo goed ik kon de wond schoongemaakt, heb een lange broek aangetrokken en ben verder gegaan. Na een paar zware klimmen kwam ik om 16:30 aan in Orsières, in een prima pelgrimsaccomodatie met keukentje. Karen, Julien en ik aten gezellig een bord pasta. ’s Avonds vielen we met onze neus in de boter toen in de kerk gezongen werd. Het plaatselijke koor was aan het repeteren.

Donderdag 26 mei

Het was dinsdag duidelijk geworden dat het moeilijk zou worden om de Grote Sint-Bernhardpas over te gaan. In Martigny werd me sterk afgeraden om het erop te wagen. Alternatief was de bus naar Aosta, vanaf Martigny of Bourg-Saint Pierre, de laatste stopplaats voor de pas. De bus ging echter alleen op dinsdag en vrijdag. Mijn plan was om naar Bourg-Saint-Pierre te lopen en daar de beslissing te nemen, de bus ging immers toch pas vrijdag. Donderdag dus naar Bourg-Saint-Pierre, een tocht van 15 km over steile berghellingen. Karen en Julien deden hetzelfde. Na enig afzien arriveerde ik begin van de middag. We overnachtten in een soort ski-verblijf, alles van hout. Bij aankomst kreeg ik gelijk goed nieuws: de man van het ski-verblijf zei dat het geen enkel probleem zou zijn om te voet de pas over te gaan, aangezien het weer goed was en de volgende dag zo zou blijven. Toen begon het aardig te kriebelen (dat deed het al bij de aanblik van de sneeuwtoppen en de gedachte dat Italië zo dichtbij was). Ik liet alles afhangen van het telefoontje naar het Hospice du Grand Saint-Bernard, het (religieuze) pelgrimsverblijf op de top van de pas dat al meer dan 1000 jaar bestaat om reizigers over de pas onderdak te bieden. De broeder aan de telefoon zei dat er altijd gevaar bleef van lawines, maar dat het te doen was als we voorzichtig deden en goed opletten. Julien en ik besloten om het erop te wagen, Karen zou de bus nemen omdat ze zich niet 100 procent voelde.

Vrijdag 27 mei

Aldus vertrokken Julien en ik om 7:30 voor onze reis naar de top, op 2400 meter. Het begon heel steil maar o zo mooi! Het weer was glorieus: de ochtendzon scheen op de bergen. Tot ongeveer halverwege was er niets aan de hand. Toen moesten we een stuk door de sneeuw ploeteren. Aangezien het pad volledig was ondergesneeuwd, besloten we iets verderop om op de autoweg te gaan lopen, die al sneeuwvrij was gemaakt. Het was trouwens niet echt koud, graadje of 6/7 denk ik. Na 5 km over de steile weg omhoog, tegen de wind in, zagen we het Hospice liggen! Geweldig gevoel. Eenmaal aangekomen werd er net geluncht, we kregen een kop mierzoete thee en mochten onze eigen lunch aan tafel opeten. Na de lunch dronken we een biertje om het te vieren. Het Hospice is een geweldige plek met veel geschiedenis. De pas wordt al door de Romeinen genoemd, maar sinds de 11e eeuw staat er een pelgrimsverblijf. De broeders boden overnachting, voedsel en ziekenzorg aan de pelgrims, en stuurden patrouilles om op zoek te gaan naar pelgrims die vast zaten in de sneeuw (later met Sint-Bernardhonden!). Lange tijd stond er een mortuarium, voor pelgrims die waren overleden aan ziekte of vermoeidheid. Toen we net gearriveerd waren begonnen de Zwitsers met het opwekken van lawines, door met helikopters explosieven op de berghellingen te gooien. Ik denk om het gevaar voor te zijn (de weg was nog niet officieel open, pas op 1 juni). Na een heerlijk dutje gingen we eten. Er bleken een stuk of 10 andere pelgrims te zijn (waaronder Marius en Rita, de Nederlanders), en het was heel gezellig en lekker.

Zaterdag 28 mei

Die ochtend werden we om 7:30 gewekt door zachte luitmuziek door de speakers. Na ontbijt met de pelgrims gingen Julien en ik samen op pad, de eerste stappen in Italië, met bestemming Aosta. Het was erg mistig, het zicht was ongeveer 10 meter. Daar kwam nog bij dat ongeveer een kilometer van de weg nog volledig was ondergesneeuwd (de Italianen zijn iets minder snel dan de Zwitsers). Desondanks waagden we het erop. Soms stonden we tot onze knieën in de sneeuw. Een Oostenrijks echtpaar liep met ons mee. Na ongeveer een uur werd de sneeuw steeds minder en konden we over de paden verder Italië in. Het uitzicht was spectaculair! Al gauw werd het warm en moest ik lagen kleding uittrekken. De 28 kilometer naar Aosta was 2000 meter dalen, door zeer afwisselend landschap en prachtige Alpendorpjes. De wind waaide hard. Ik kwam rond 17:30 afgepeigerd aan in Aosta. Bij het Office du Tourisme regelde ik een overnachting bij de parochie, maar dat was weer een halfuur lopen. Dat kon er ook nog wel bij! Het bleek een prachtige kamer te zijn, met een aangrenzende badkamer. Ik ging nog even de stad in voor een pizza. Aosta is werkelijk schitterend, en boordevol toeristen. Het was om 9:00 nog 20 graden. Ik heb buiten een pizza gegeten. Wat een contrast met de sneeuw van die ochtend, het was bijna een andere wereld.

Zondag 29 mei

Helaas was het mooie weer de volgende dag totaal verdwenen en regende het hard. Ik moest 28 km afleggen naar Chatillon. Het was één van de zwaarste dagen tot nu toe, hoewel de route weer prachtig was. Mijn benen waren nog moe en de regen was vermoeiend. Met een lange lunchpauze kwam ik pas om 19:00 aan in Chatillon, een nieuw record. Ik was nog niet zo moe geweest. Helaas was het verblijf dat ik had geregeld bij de Kapucijner monniken heel basic, zonder verwarming en niet schoon. Alles mijn spullen waren nat, en zonder verwarming werd het niet droog. Ik ben wat gaan eten (pizza) en ging maar gauw naar bed.

Maandag 30 mei

De volgende dag liep ik naar Verrès. Ik voelde me inmiddels zo vermoeid dat ik had besloten om de komende dagen slechts korte etappes te lopen van max 18 km. De tocht was heel erg mooi. Het is hier in het Aostadal erg fijn lopen, want alles is prima aangegeven en de paden zijn goed bijgehouden. Veel stijgen en dalen. Je kijkt voortdurend uit over het dal en de bergtoppen aan de andere kant. Ondanks de korte afstand van 18 km was het toch zwaar. De Alpen eisten hun tol, bleek wel. In Verrès sliep ik in een prima jeugdherberg, en at ik (jawel) weer een pizza. Vroeg naar bed.

Dinsdag 31 mei

Gisteren liep ik naar Pont-Saint-Martin, weer 18 km. Het weer was bewolkt. Hoogtepunt van de dag was het lopen over een prachtig stuk Romeinse weg, met karresporen. Daar hebben al die eeuwenlang honderdduizenden pelgrims over gelopen. Ik had de hele weg lang hoofdpijn, wat de tocht er niet makkelijker op maakte. Rond 14:00 kwam ik aan, en ging ik op zoek naar het ‘Ostello’ voor pelgrims van de VF. Pont-Saint-Martin dankt zijn naam overigens aan de 2000 jaar oude Romeinse brug die nog altijd intact is. Een zeer praatgrage Italiaanse vrouw gaf me 10 velletjes om in te vullen en wees me naar mijn kamer in een heel mooi en schoon hostel. Toen ik een dutje had gedaan was Karen inmiddels aangekomen! We hebben ’s avonds gegeten in een pizzeria (pizza nr. 4) en het over Europese geschiedenis en Amerikaanse politiek gehad. Ik knapte gelukkig erg op van het eten.

Woensdag 1 juni

Ik had gehoord dat er een goede en goedkope BnB op zo’n 15 km van Pont-Saint-Martin was, en om bij te komen leek me dat een goed plan. De wandeling was een makkie, en de BnB in Borgofranco is inderdaad geweldig. Daar zit ik nu heerlijk uit te rusten. Misschien doe ik nog een rustdag, maar ik voel me eigenlijk al weer goed genoeg om verder te gaan. Straks eten in de plaatselijke ‘osteria’. Morgen naar Santhià.

Ik denk dat de vermoeidheid te maken had met de fysieke inspanning van de Alpen, maar ook met het feit dat ik al die tijd naar de Grote Sint-Bernhardpas had toe geleefd. Nu zit ik weer in een compleet nieuw gedeelte, en Rome is nog altijd ver. Het is weer even aanpassen aan een nieuwe omgeving. Maar nog altijd tref ik alleen maar aardige, gastvrije mensen. Soms spreek ik iemand aan de telefoon en lijkt die persoon onaardig, maar als ik ze vervolgens ontmoet blijken ze heel hartelijk te zijn. Ik heb op deze tocht inmiddels geleerd dat je altijd moet uitgaan van iemands goede wil. Anders doe je niet alleen jezelf tekort, maar ook de ander.

Tot de volgende!

Bas

Reacties

Reacties

Tante Sigriet

Hé Bas, wat een ervaring zeg deze reis! Fantastisch om te lezen wat je allemaal ziet en meemaakt. Fijn, en geruststellend voor je tante, dat je zo nu en dan gezelschap hebt. Heel veel plezier verder en succes. Ik blijf je volgen xxx

Brownie

Ik zou denk ik ook redelijk moe zijn als ik al 2,5 maand aan het
lopen was xD... de pizza's heb je welverdiend!!! Ga nu je foto's kijken, dan word ik vast superjaloers... Veel plezier nog!

Rita van Gelder

He Bas, wat hen jij stoer doorgelopen na die afdaling van de St Bernardpas. Wij vonden dat sneeuwgebied doodeng en die lange afdaling van 2000m slopend. Dat jij op den duur moe wordt als je nog van die lange etappes er na doet kan ik begrijpen. Daar hebben wij al vanaf Eyrou les last van.
Veel succes verder..

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!